zondag 25 maart 2012

Sentani, 25 maart 2012

In het donker vertellen de evangelisten over hun moeiten. Het gaat over eten, over geld, over vervoer. Ze hebben het vaak zwaar! Gemeenten laten het afweten, en op evangelisatieposten is de bevolking vaak zo druk voor zichzelf bezig. En vroeger kwam er altijd een plane om ze op te halen of weg te brengen, maar dat is tegenwoordig ook lang niet altijd meer het geval. Een paar evangelisten worden morgen naar Binamzain gevlogen, maar ze hebben nog geen idee hoe ze vervolgens daar vandaan in hun dorp moeten komen, ver stroomopwaarts aan de Kolf-rivier. “En de pendeta’s zeggen altijd alleen maar dat we vol moeten houden…”

Na de hevige regenstorm die eind van de middag over Boma raasde, laat de elektriciteit het deze avond afweten, en ik ben naar het verblijf van de evangelisten gelopen. Daar komen we in gesprek. Niet dat ze hulp van mij verwachten, ze weten dat ik daar niet over ga. Maar kennelijk hebben ze er behoefte aan hun hart uit te storten, nu de pendeta’s van de cursus er even niet bij zijn. Ik hoor ze aan, en net als vroeger voel ik me machteloos. Wat ze vertellen is zo herkenbaar! Het beeld van het verleden is alleen te rooskleurig, en ik bedenk dat wij vroeger ook wel zo op de evangelisten van toen hebben ingepraat. Maar wat konden wij, en wat kunnen de pendeta’s vandaag anders? Ja, natuurlijk: bidden! En dat vragen ze ook, en dat gebed kan en zal ze dragen, als ze morgen weer op pad gaan! Zie, Ik ben met jullie…
Twee dagen lang vliegt het watervliegtuig af en aan. Drie keer naar Tiau, naar Haku, naar Tanah Merah, naar Binamzain, naar… Ik neem afscheid, en zwaai ze uit. Tuhan memberkati! – Ga met God!

De tweede dag ben ik zelf ook aan de beurt: vanaf de pas geasfalteerde vliegstrip van de Bandar Udara Bomakia vlieg ik terug naar Wamena.
Onderweg zie ik in de verte Binamzain liggen. En hoog aan de bovenloop van de Kolf één van de dorpjes waar ze het over hadden. Wat een enorm geïsoleerd einde van deze aarde…

We maken nog een turbulente tussenlanding in Pasema, in de smalle kloof van de Baliem, om een patiënt op te halen. De sterke wind tussen de bergen trekt het vliegtuig alle kanten op, maar we komen veilig neer op de steile landingsbaan. Je moet hier wel veel vertrouwen hebben. In de piloot van de MAF. En in God!

Die nacht schudt de aarde. Ik wordt er even wakker van, maar ben te moe om op te staan, en de aarde wiegt me weer in slaap. De volgende morgen hoor ik: 6.2 op de schaal van Richter. Mensen zijn in paniek uit hun huizen gevlucht, en de woning van IJsselstein heeft scheurtjes opgelopen onder de vensterbanken. Dit was hier de 5e aardbeving in enkele weken tijd…

En dan zit ik weer in mijn gerieflijke onderkomen in Wamena: gas, licht, stromend warm en koud water, koelkast, supermarkt aan de overkant, fiets in de schuur… Wat zijn die evangelisten opeens ver weg!

Het worden nog een paar drukke dagen Wamena. Op SETIA (de bekende opleiding in Jakarta die hier ook een dependance heeft) geef ik een uitgebreide presentatie van LITINDO. Ik heb ca. 50 studenten en docenten onder mijn gehoor, en nog een stuk of 20 die op de gang zitten mee te luisteren. Ze hadden me graag nog een paar lessen dogmatiek willen laten gegeven, maar ik heb voor de volgende dagen mijn afspraken met de Theologische opleiding van de GerGem. Dat valt gedeeltelijk in het water, omdat ze ‘vergeten’ zijn om de studenten te vertellen dat ik die donderdagmiddag zou komen. Maar de tweede middag ontstaat er een levendig gesprek naar aanleiding van wat ik vertel over het verschil tussen de Gereformeerde en de Remonstrantse opvatting over de uitverkiezing. Hoe is de verhouding tussen de verkiezing en het laatste oordeel? En hoe zit het met het oordeel dat God in deze tijd voltrekt aan ongelovigen, zoals bij de zondvloed, of bij de volken van Kanaän? Ze gaan ook onderling in discussie: degenen die het denken te snappen proberen op hun beurt het verschil uit te leggen aan anderen die er nog moeite mee hebben. Na afloop zijn ze allemaal erg enthousiast. En ik ook: dit is zinvol, dit laat iets zien van de vragen die er leven.

Gistermorgen ben ik weer teruggevlogen naar Sentani. Meteen een ontmoeting met Dick Kroneman, een uitgezondene van de GerGem die hier al 25 jaar werkt voor Wycliffe. Hij vertelt over de recente discussie die binnen Wycliffe is gevoerd over de vertaling van de term ‘Zoon van God’. Hij is daar zelf nauw betrokken geweest. Sommige vertalers bleken die term te hebben weergegeven met ‘Messias’. Maar dat is in feite geen vertalen meer. Op die manier probeer je een theologische probleem op te lossen in de vertaling. Er kwam dan ook protest vanuit de Bijbelgetrouwe achterban van de organisatie. Vervolgens probeerden die vertalers hun keuze theologisch en exegetisch te verantwoorden, o.a. door te stellen dat de term ‘Zoon van God’ in de Bijbel anachronistisch gebruikt wordt, net zoals ik bv kan zeggen dat mijn vrouw in Heemserveen geboren is, terwijl ze toen natuurlijk nog niet mijn vrouw was. Maar de onderbouwing dat dit met die term ook het geval is, laat zich volgens Dick exegetisch niet echt hard maken. En zet je zo niet de deur open om ook allerlei andere termen in de Bijbel op die manier te gaan weg interpreteren? Erg interessant allemaal, vooral omdat ik in mijn hoofdstuk voor de dogmatiek die we van LITINDO aan het schrijven zijn, me ook met dit onderwerp heb beziggehouden, gestimuleerd door wat prof. Van Bruggen daarover geschreven heeft in Het Evangelie van Gods Zoon. We spreken af dat Dick mijn stuk vanuit deze Wycliffe-discussie van commentaar zal voorzien.

Vandaag word ik bij de kerk van twee kanten benaderd voor het opzetten van een gemeente-bibliotheek. Waena wil dat gaan doen (hier aan de kust), en ook Manggelum (in het binnenland). Wel een mooi initiatief, en als het lukt wellicht ook een voorbeeld voor andere gemeenten. Ik beloof hen een lijst van boeken op te sturen, zodat ze kunnen kijken welke boeken ze daarvoor zouden willen bestellen. Ben benieuwd! Als het maar niet stukloopt op de financiering…
In Wamena doet één van de blanken een suggestie: jullie zouden een boek moeten schrijven over kerk en politiek, zegt hij. Niet alleen omdat zoveel pendeta’s de politiek in gaan, maar vooral omdat de politiek de kerk gebruikt, en de kerk zich door de politiek laat gebruiken. Bij verkiezingen bv belooft een partij van alles aan een pendeta, maar daar staat dan natuurlijk vervolgens wel wat tegenover. De pendeta’s zijn voor de politiek van groot belang, omdat zij zo’n beetje de enigen zijn die het vertrouwen van de bevolking genieten. Zij zijn immers niet door de overheid aangesteld. Maar dat de kerk een onafhankelijke positie ten opzichte van de politiek zou moeten bewaren, en ook een profetische taak heeft tegenover de politiek, beseft men totaal niet. En dan hebben we het nog niet eens over de verstrengeling van financiële belangen. Een goede suggestie, maar makkelijker gezegd dan gedaan! Toch wel belangrijk genoeg om serieus over na te denken.

Aan het eind van deze reis verschijnt aan de horizon al weer de volgende reis. Deze week kreeg ik onverwacht een vraag van de decaan van de theologische faculteit van de Universiteit op Ambon, wanneer ik daar weer eens kwam lesgeven. Stimulerend! Maar eens kijken of en wanneer dat ergens valt in te passen. En In Wamena heb ik samen met Marcel alvast wat lijnen uitgezet voor een survey op het voorkomen van tbc, malaria, en HIV/AIDS in Wanggemalo, in samenwerking met de Kalvari-kliniek, als Dineke daar komende zomer weer twee maanden naar toe gaat.
Maar eerst nog een weekje Sentani en Jakarta!

A Dieu!
Jaap

Geen opmerkingen:

Een reactie posten